Veel mensen maken gebruik van een voorlopige teruggave. Hierbij krijg je een geschat bedrag dat je naar verwachting in het komende jaar terugkrijgt, in maandelijkse termijnen uitbetaald. Dit geld kun je op je spaarrekening zetten. Als je een goede rente hebt, kan het maandelijks ontvangen bedrag je wat extra voordeel opleveren.
Toch raad ik mijn klanten aan om slechts één keer per jaar belastingaangifte te doen en niet met een voorlopige teruggave te werken. Je kunt de voorlopige teruggave ook stopzetten. Op die manier bouw je ongemerkt een spaarpotje op, zonder het risico dat je achteraf moet terugbetalen als de gegevens niet kloppen. Dit spaargeld kan je dan weer gebruiken voor bijvoorbeeld onderhoud van je huis.
Als je inkomen plotseling daalt door bijvoorbeeld ziekte of ontslag, kun je altijd weer met de voorlopige teruggave gaan werken om de bedragen periodiek te ontvangen. Zo heb je een goedkope oplossing om tijdelijke inkomensdaling op te vangen, zonder het risico dat je het geld al hebt uitgegeven.